Hou Nederland als AI-expert op de kaart

Nederland loopt mee in de internationale AI-voorhoede, maar voor hoe lang nog? Het buitenland investeert veel meer en kaapt bovendien Nederlands talent weg. Intussen komen hier prachtige initiatieven van de grond die een flinke zet nodig hebben. Waar wachten we op?

Thema2b. Alexandra Brand.jpg
Tekst: Malou van Hintum, beeld: Alexandra Brand

Zoals wiskunde bij elke wetenschappelijke discipline onmisbaar is geworden, zo zal ook AI zijn stempel drukken op het hele wetenschappelijke veld. ‘Het belang van AI kan niet overschat worden’, zegt Holger Hoos, hoogleraar Machine Learning aan de Universiteit Leiden. ‘Kunstmatige intelligentie is belangrijk voor de geneeskunde, astronomie, taalkunde, engineering, sociologie – echt élke discipline kan ervan profiteren. Denk aan snellere diagnoses en betere medische behandelingen, optimalisatie van verkeersstromen en duurzame energieproductie, en goed en veilig werkende technische systemen. Of zelfs een AI-systeem dat op basis van digitale scans locaties kan zoeken van grafheuvels en prehistorische akkerbouwsystemen. Dat is waardevolle informatie voor archeologen.’

Meer tweebenige wetenschappers

Niet toevallig willen de universiteiten van de ‘Erasmusalliantie’ (Delft, Leiden en Rotterdam) al hun bachelorstudenten een minor op het gebied van AI aanbieden. De Universiteit Leiden heeft een afdeling opgezet waar ‘tweebenige’ wetenschappers kennis uit de informatica en de alfa- en gammadisciplines bij elkaar brengen. Ze zijn bepaald niet de enige. Vergelijkbare initiatieven vind je aan vrijwel alle universiteiten. ‘Je ziet dat de informatica zich buiten de technische disciplines enorm uitbreidt’, signaleert Inald Lagendijk, hoogleraar Computing-based Society aan de TU Delft. ‘Dat betekent dat er nieuwe programma’s ontwikkeld moeten worden en nieuwe mensen opgeleid.’

Investeren of de boot missen

Heel goed dus dat er nu – met dank aan NWO – een Artificial Intelligence Research Agenda is, vindt Lagendijk. Een wetenschapsbrede agenda waarin vier zogeheten AI Grand Research Challenges worden onderscheiden.

De wetenschap loopt hier snel een achterstand op als het buitenland onze grote vissen naar binnen hengelt

Holger Hoos

Daarbij gaat het om het creëren van (1) AI-componenten, zoals lerende algoritmen; (2) AI-systemen, die ook buiten het lab werken; (3) AI-systemen en mensen, die gericht zijn op wederzijds leren en samenwerking en (4) AI-systemen en maatschappij: de ethisch, juridisch en sociaal aanvaardbare integratie van AI in de samenleving. Als voorzitter van het Editorial Committee van die agenda doet Lagendijk er vanzelfsprekend niets aan af, maar: ‘Papier is geduldig. Er is actie nodig. Als er niet in AI wordt geïnvesteerd, gaat Nederland de boot missen.’

Stop de brain drain

Nederland loopt nu nog mee in de internationale AI-voorhoede. Maar die positie staat onder druk. Zie de brain drain naar het buitenland, waar faciliteiten mooier zijn, arbeidsvoorwaarden beter en salarissen hoger. Veel wetenschappers vertrekken dan ook, niet alleen naar grote techbedrijven, maar ook naar buitenlandse universiteiten. Bij de oosterburen komen gerenommeerde AI-wetenschappers in een gespreid bedje terecht. Zo vertrok toponderzoeker Wil van der Aalst in 2018 naar Duitsland voor een Alexander von Humboldt Professoraat (zie AI-talent op pagina 8/9). Virginia Dignum verliet de TU Delft om aan een Zweedse universiteit de onderzoeksgroep Social and Ethical Artificial Intelligence op te zetten. Ook Vlaanderen zet zijn beste beentje voor. ‘AI staat daar nummer één op de politieke agenda’, weet Hoos. Frankrijk investeert eveneens volop. ‘Dat zou Nederland ook moeten doen. Niet alleen omdat de wetenschap hier razendsnel achterstanden oploopt als het buitenland onze grote vissen naar binnen hengelt, juist ook voor onze economie en maatschappij is een sterke AI-infrastructuur van belang. Want nu zijn het vooral de grote Amerikaanse bedrijven met hun focus op kortetermijnwinst die hier hun slag slaan. Zij profiteren van ons gebrek aan daadkracht en wij blijven met lege handen achter.’

Kijken waar de energie zit

Die leegloop ligt niet alleen maar aan de overheid, meent Hoos. ‘Nederlandse universiteiten en regio’s kijken op de eerste plaats naar hun eigenbelang. Dat is jammer, want Nederland is een compact land. Vergeleken met Duitsland en Frankrijk kunnen we hier veel makkelijker samenwerken. Maar in plaats daarvan wordt er met elkaar geconcurreerd  om beperkte middelen.’

De AI-onderzoeksagenda heeft een goede balans tussen technologie en SSH

Natalie Helberger

Lagendijk pleit voor  een type samenwerking à la de Medical Delta, het samenwerkingsverband tussen de drie universiteiten en de twee UMC’s in de provincie Zuid-Holland. ‘Wat AI betreft moet je kijken waar de energie zit, wie vaart probeert te maken en waar de organisatie al goed in elkaar zit. Bij hightech-kennis denk ik bijvoorbeeld aan de Eindhoven Brainport, bij de financiële sector  aan Amsterdam, en bij AI en logistiek aan de Rotterdamse haven.’

Wetenschap, industrie en overheid

Hoos sluit daarbij aan. Hij zou in Nederland graag enkele grote regionale centra zien waarin wetenschap, industrie en overheid samenwerken rondom de specifieke expertise in een bepaalde regio. ‘Zo kun je een kritische massa creëren. De huidige ICAI-labs (Innovation Centre for Artificial Intelligence - red.) kunnen hierbij een waardevolle rol spelen. In Nederland én als voorbeeld voor andere Europese landen. Maar er is meer nodig om het volledige potentieel van AI voor industrie en maatschappij te realiseren.’ Hoos pleit daarom ook voor een internationaal centrum dat de belangrijkste kenmerken van  het Lorentz Center in Leiden en van CERN combineert. ‘Een van de grote Europese succesverhalen. Daar kan gewerkt worden aan AI in dienst van de Sustainable Development Goals.’

Ruimte voor kritische vragen

Natali Helberger, hoogleraar Informatierecht aan de Universiteit van Amsterdam en medeoprichter van de nieuwe Research Priority Area Human(e) AI aan die universiteit, benadrukt het grote belang van Social Sciences en Humanities (SSH) voor AI. ‘Technologie is geen doel op zichzelf, ze wordt altijd toegepast in de maatschappij, door en voor mensen. SSH-wetenschappers spelen daarin een grote rol en de AI-onderzoeksagenda van NWO is daar een mooi voorbeeld van. Momenteel zie ik een sterke focus op publiek-private samenwerking en dat is op zich prima. We hebben bedrijven nodig en veel vragen van bedrijven liggen juist ook op SSH-gebied. Maar er is ook ruimte nodig voor kritische, toepassingsonafhankelijke vragen over de rol van technologie in de maatschappij.’

Helberger benadrukt dan ook het belang van programma’s voor onafhankelijk SSH-onderzoek waarin vragen aan de orde kunnen komen als: Hoe verandert onze manier van werken door AI? Hoe interacteren mensen met machines? En moeten wij de grote techbedrijven reguleren? De AI-onderzoeksagenda heeft een goede balans tussen technologie en SSH, volgens Helberger. Ze ziet ook dat in de praktijk technische onderzoekers en SSH-wetenschap-pers steeds vaker bereid zijn om van elkaar te leren. ‘Hoe jonger ze zijn, hoe beter dat gaat.  De mondiale competitie is in full swing, alle ons omringende landen zijn er klaar voor. Ik weet niet waar we op wachten!’

Hou Nederland als AI-expert op de kaart.PNG