NWO-Talentprogramma
Het NWO-Talentprogramma bestaat uit drie financieringsvormen (Veni, Vidi, Vici), afgestemd op verschillende fasen in de wetenschappelijke carrière van onderzoekers. Het financieringsinstrument maakt het mogelijk onderzoek naar eigen keuze te doen. Zo krijgt vernieuwend onderzoek een impuls en wordt de doorstroom bij wetenschappelijke onderzoeksinstellingen bevorderd. De bedragen die aangevraagd kunnen worden variëren van maximaal 250.000 voor Veni, 800.000 voor Vidi en voor Vici 1,5 miljoen euro. Er zijn afzonderlijke beoordelingen voor Veni, Vidi en Vici.Ga naar de callpagina van Veni, Vidi of Vici van het domein waar u een aanvraag wil doen.
Wijziging oorspronkelijke sluitingsdatum
Vanwege een hack van het netwerk van NWO heeft het subsidieproces voor alle rondes van NWO, inclusief die van de regieorganen SIA en NRO, vanaf medio februari 2021 tot 22 maart stilgelegen. NWO heeft op 22 maart de definitieve aangepaste deadlines bekendgemaakt. Let op: de callteksten, te downloaden via onze website, bevatten de oorspronkelijke deadlines. De nieuwe deadlines vindt u op onze website en in de Staatscourant. Er wordt ook rechtstreeks aan indieners over gecommuniceerd.
-
Veni, voor pas gepromoveerde onderzoekers
Veni is een financieringsinstrument uit het NWO-Talentprogramma. Het geeft pas gepromoveerde onderzoekers de kans om gedurende drie jaar hun ideeën verder te ontwikkelen.
-
Vidi, voor onderzoekers die na hun promotie al enkele jaren onderzoek hebben verricht
NWO-Talentprogramma Vidi is een financieringsinstrument voor ervaren onderzoekers. Het stelt onderzoekers, die al een aantal jaren onderzoek doen op postdocniveau, in staat een eigen vernieuwende onderzoekslijn te ontwikkelen en daartoe zelf één of meer onderzoekers aan te stellen.
-
Vici voor senior onderzoekers
Vici is voor senior onderzoekers die hebben aangetoond een eigen onderzoekslijn te kunnen ontwikkelen. Het geeft senior onderzoekers de mogelijkheid een eigen onderzoeksgroep op te bouwen, vaak vooruitlopend op een vaste hoogleraarspositie. De onderzoeksgroep moet een structurele inbedding in de onderzoeksinstelling krijgen.